zaterdag 5 maart 2016

IN NAAM DER WET: DE ZAAK GERRIT POSTMA



Politie! Een mail met het verzoek of ik even terug wilde bellen. Ik ben, zoals dat heet, van onbesproken gedrag (u had niet anders verwacht, wees eerlijk), maar je kijkt toch even vreemd op. Wat is er aan de hand? Dat stond er, zij het summier, wel bij: het ging over ‘de zaak Gerrit Postma’. Nog steeds geen idee, maar het maakte me wel nieuwsgierig. Witwassen, drugssmokkel, afpersing? Nee, leek niet logisch, want Gerriet is al in 2008 overleden. En dingen verjaren. De vriendelijke politiemevrouw die ik aan de lijn kreeg, legde het me uit. In 2005 was aangifte was gedaan wegens diefstal van een schilderij van Gerriet Postma. Goed, ik weet dat er mensen zijn die nu in de verleiding komen om daar allerlei cynische grappen over te gaan maken, maar dat gaan we niet doen. Diefstal is diefstal. De kwestie was dat het ontvreemde schilderij plotseling was opgedoken op Marktplaats. De verkoper vroeg er honderdvijftig euro voor. Maar hij had pech. Het werk stond al tijden op de website van uitgeverij Art Revisited als ‘gestolen’. Iemand herkende het, meldde bij de politie dat dit, naar zijn mening, toch wel verdacht weinig was voor een echte Postma. Het schilderij werd in beslag genomen. De verkoper had het, uiteraard zou je bijna zeggen, ‘op een rommelmarkt gekocht’. Natuurlijk.  

Mooi verhaal natuurljk, maar wat had ik daarmee te maken? En hoe kwam ze eigenlijk bij mij terecht? Ook dat werd spoedig duidelijk. Een medewerker van Art Revisited herinnerde zich dat ik de tekst had geschreven voor het grote Postma-boek dat zij hadden uitgegeven ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag, in 2003. Het is een van mijn beste teksten, als ik dat zelf mag zeggen, maar daar heeft een politiemevrouw natuurlijk niet zoveel boodschap aan. En misschien de medewerker van Art Revisited ook wel niet, want het boek ligt in de ramsj. Maar dat terzijde. Een motief om mij wederrechtelijk een Postma-schilderij toe te eigenen leek zoiets mij niet, dus na enig nadenken kon ik opgelucht concluderen dat ik, zeer waarschijnlijk, niet werd verdacht.

Desalniettemin wilde de politiemevrouw het schilderij wel graag ‘aan mij voorleggen’. Waarom precies begreep ik niet goed. Ik had al geprobeerd haar duidelijk te maken dat ik Gerriets werk wel kende en ook over hem had geschreven, maar dat ik onmogelijk voor een Postma-expert kon doorgaan. Maar dat hielp niet. Dus restte mij weinig anders dan mij de volgende dag op het bureau te melden, waar ik uiterst vriendelijk werd ontvangen. Er waren eigenlijk maar drie vragen, maar in het kader van de educatieve functie van KFN vat ik ze hier samen.

- Is dit volgens u een schilderij van Gerriet Postma?

Ik zag niet veel reden om daar aan te twijfelen. Het was ook geen ‘schilderij’, maar een werk op papier. Het was rechtsonder gesigneerd met ‘Gerrit Postma’, en niet met ‘Gerriet’, zoals hij dat later ging doen. Maar het was dan ook gedateerd ‘1973’. Het was ook niet een kenmerkend werk. Van afstand was het zelfs niet al seen ‘Gerriet’ herkenbaar. Maar wie zou de moeite nemen om een werk uit 1973 te vervalsen? Lijkt niet logisch. Vrijwel zeker een echte Postma dus.

- Wat is het volgens u waard?

Dat was lastiger. Ik moest duidelijk zien te maken dat de waarde van zo’n werk afhankelijk is van de context. Dat er nog steeds kunsthandelaren zijn die, als ze dit werkje in handen kregen, er een dure lijst om zouden zetten, het op een ezel plaatsen met een spotje erop en iedere nietsvermoedende bezoeker uitleggen dat hier toch wel iets heel bijzonders te koop was: een vroeg werk van de grote Gerriet Postma. Niet goedkoop, maar uiterst zeldzaam. Enzovoort enzovoort. Maar die slaan we voor het gemak even over. Laten we ervan uitgaan dat de waarde van een kunstwerk is wat je er op de vrije markt, zeg een kunstveiling, voor kunt krijgen. Als we zien dat tegenwoordig zelfs werken uit zijn succesdagen voor afbraakprijzen van de hand gaan, mogen we aannemen dat een werk als dit in het beste geval een paar honderd euro opbrengt. Kunsthandelaren maken mij nu voor gek uit. 

- Acht u het mogelijk dat dit schilderij inderdaad van de rommelmarkt komt?

Ja, als je er over nadenkt wel. Op iedere rommelmarkt worden vage schilderijen aangeboden, soms met een naam erop, soms ook niet, en in de meeste gevallen mag de verkoper beide handen dichtknijpen als iemand bereid is daar honderd of honderdvijftig euro voor neer te tellen. De vraag is of de verkoper de naam van de maker, Gerrit Postma, in verband bracht met Gerriet Postma en of hij wist dat de schilderijen van die Gerriet Postma zelfs nu nog aanzienlijk meer geld kosten. Maar dat lijkt niet waarschijnlijk. Zat de tekst van de Marktplaats advertentie toevallig in het dossier? Ja, gelukkig was iemand op het idee gekomen om die uit te printen. Als onze verkoper in zijn tekst zou hebben verwezen naar ‘Gerriet Postma’ werd het een wat onwaarschijnlijk verhaal. Dan had hij er ongetwijfeld geprobeerd er meer geld voor te krijgen.  Maar dat was niet het geval. De tekst bestond uit drie woorden: ‘Gerrit Postma 1973’.  Zonder enige verdere aanprijzing. Mogelijk was het dus voor beide verkopers niet meer dan een kleurig schilderij met een hen onbekende naam erop, dat ze te goeder trouw te koop hadden aangeboden.

De kans lijkt groot dat ‘de zaak Gerrit Postma’ wordt gesloten, omdat er geen onregelmatigheden konden worden geconstateerd. En dus kan het zijn dat het werkje binnenkort opnieuw op Marktplaats wordt aangeboden. Ik zou zeggen, grijp uw kans!


P.S.   Degene die de melding aan de politie deed, blijkt kunsthandelaar te zijn.